Even voorstellen... Bas Bosma
Hoi! Mijn naam is Bas Bosma en ik ben 30 jaar. Ik ben een nieuwsgierig en onderzoekend persoon, wil dingen graag efficiënt doen en werk graag met mensen. Ik heb geen zin om tijd te verspillen, ben daarom behoorlijk direct en deel enigszins mijn ongezouten mening. Ik geef mijn woord en verwacht dat ook van een ander. Daarbij komt dat ik totaal niet tegen onrecht kan en dat waarheid en transparantie voor mij essentieel zijn.
Ik heb Analytische Chemie en Life Sciences gestudeerd en studeer momenteel Accountancy. Ik werk al verschillende jaren bij Genmab (een biotechnologisch bedrijf) op de finance – afdelingen, momenteel op de Intercompany Accounting – afdeling.
Als ik in een rij sta te wachten bij een kassa, of een bedrijf binnenloop, ben ik altijd het financiële plaatje aan het berekenen: hoe dit bedrijf opereert en wat de geschatte inkomsten zijn. Ik zit bomvol ideeën over ondernemerschap die ik in de toekomst wil uitwerken samen met ondernemers in Malawi, zodat stichtingen zoals Beter Malawi in de toekomst niet meer nodig zijn
Wat is jouw rol binnen de stichting?
Officieel voorzitter van Stichting Beter Malawi, maar gewoon bestuurder zoals de andere bestuurders van Beter Malawi. Ik ben de projectleider van het College Talent Project en Mawa Connected.
Wanneer was je eerste keer in Malawi?
In maart 2020, net één week voordat de corona crisis werd uitgeroepen. Ik zat een gezellig drie maanden in Malawi.
Wat was jouw eerste indruk?
Ik dacht: ik zit letterlijk in een aardrijkskundeboek van de basisschool, waar ze derdewereldlanden behandelen. Het had zoveel meer impact op mij dan ik had verwacht.
Wat staat er in je ‘Malawi-survival kit’?
Na het landen ga ik meteen naar de apotheek om Malawiaanse anti-malariapillen te halen. Ik heb al drie keer malaria gehad, dus zodra ik iets voel wat erop lijkt, ben ik voorbereid!
Wat heb je geleerd van de mensen in Malawi?
Wat voor ons in de westerse wereld een probleem is, is dat geen probleem voor hen, en andersom. Bijvoorbeeld mensen in Malawi kunnen zeggen: “Ik heb geen eten.” Terwijl zij een avocado van de boom plukken en die ze dan aan het eten zijn. Maar wat ze eigenlijk bedoelen is: “Ik heb geen Nsima om te eten.” Nsima is maïspap, dit is hét basisvoedsel voor een maaltijd in Malawi (zelf vind ik het smaken naar behangplaksel…). Neemt niet weg dat ze weinig eten en variatie hebben.
Wat heeft het vrijwilligerswerk jou persoonlijk gebracht?
Het klinkt zwaarmoedig, maar simpel gezegd: een doel in het leven. De impact die je kunt hebben met 100 euro op een heel gezin is verbazingwekkend. De activiteiten die wij als stichting hebben kunnen doen en brengen naar Malawi –kennis, materialen en financiële middelen– zijn echt als een druppel in een plas van stilstaand water. Dat motiveert me om harder te lopen. Op persoonlijk vlak maak je veel groei door, en daarnaast bouw je waardevolle vriendschappen op!
Wat is je meest onvergetelijke moment in Malawi?
Ik was net twee dagen in de Mawa Community in 2020 toen ik meeging met een paar dames die kleding gingen wassen in de rivier voor een bejaarde vrouw met een gehandicapte dochter. Een klein jongetje (Baruda) van twee jaar zat bij een van deze dames op de rug. Hij was ziek en verdrietig. Die vrouw (Chrissy), zijn oma van 42 jaar, vertelde dat hij zich een paar dagen daarvoor had verbrand met kokend water en daar veel last van had.
Later, toen we terugkwamen, bleek dat hij geen kleertjes aan had. Hij ging spelen met een van de kinderen in de buurt, en toen zag ik de brandwonden. Ze liepen over zijn hele buikje, een deel van zijn arm en een groot deel van zijn been, met open, bloederige wonden her en der. De ontstekingen waren ernstig en duidelijk zichtbaar. Ik was erg geschrokken en vroeg waarom hij niets beschermends droeg tegen vuil in zijn wonden. Chrissy antwoordde dat het te veel pijn deed om iets over de wonden te dragen en dat ze zo sneller opdroogden. Ze probeerden de wonden aan het eind van de dag schoon te maken.
Gezien hoe de wonden zich al hadden ontwikkeld, was het duidelijk dat het de verkeerde kant opging. Met open wonden in het zand, omringd door kippen, honden, katten, ratten, kakkerlakken en andere dieren, kwam alle vuiligheid in zijn wonden terecht. Die avond kwam Lewis, oprichter van de Mawa Community Based Organisation, langs om te checken hoe alles ging. Ik vertelde hem dit verhaal, en hij gaf aan dat dit helaas vaker voorkwam in Malawi. Kinderen liepen dit soort verwondingen regelmatig op.
Die nacht kon ik er niet van slapen. De wonden waren echt te ernstig, en door mijn achtergrond in Life Sciences wist ik dat, als dit zo doorging, Baruda in een septische shock kon belanden. De mogelijke gevolgen wilde ik niet op mijn geweten hebben.
De volgende dag (zaterdag) ging ik naar Lewis om te bespreken dat ik niet over eventuele culturele principes wilde stappen, maar dat ik graag met Baruda, Chrissy en hem naar de dokter wilde gaan. Hij verzekerde me dat ik hiermee niemand beledigde en dat hij alleen maar dankbaar was. Hij gaf aan dat het probleem vooral lag bij een gebrek aan kennis en financiële middelen. Binnen een uur waren we bij de dokter, die ook erg geschrokken was van Baruda’s wonden. We kregen antibiotica en paracetamol voor hem en het advies om de wonden schoon te maken met antibacteriële zeep. De totale kosten waren €24,30, inclusief taxi, dus door zo’n klein bedrag kan je zo’n impact hebben. Gelukkig had ik een verbanddoos bij mij met verband.
Ik deed Chrissy een paar keer voor hoe ik de wonden schoonmaakte en hoe ik verband om de grootste wonden deed. Dit deden we elke dag om 7 uur ’s ochtends en 5 uur ’s avonds, zodat we twee keer per dag de antibiotica en paracetamol aan Baruda konden geven. Ik gaf aan dat we hem iets van bescherming moesten geven voor zijn wonden. Dat werd een doek om zijn nek, die als een cape om hem heen hing. Dit bleek al snel een goed idee. Maar telkens als Baruda mij zag, moest hij huilen, omdat hij wist dat ik zijn wondjes ging wassen, wat pijn deed, hoe voorzichtig ik ook was. Zijn medicijntjes vond hij gelukkig wel lekker, want die smaakten naar aardbeien. Na drie keer voordoen begon Chrissy het zelf te doen terwijl ik meekeek. Zo gingen we door totdat de hele kuur voorbij was. Baruda knapte snel op, en een jaar later kreeg ik uit het niets een foto doorgestuurd van Chrissy via WhatsApp. Ze liet weten dat het helemaal goed ging en dat ze zo dankbaar waren.
Inmiddels heb ik Baruda en Chrissy alweer twee keer ontmoet, in 2023 en 2024. Vandaag de dag is Baruda een jonge knul van zes die nergens meer last van heeft! Nu weet Chrissy hoe ze wonden kan behandelen, verbandjes kan aanleggen en anderen kan helpen. Een maand later bleek ze het zelfs voor te doen aan een andere moeder in een dorpje verderop, waar een ander kindje een brandwond had, gelukkig een klein wondje